Normaal komt Ozon (O3) voor in een concentratie van drie Ozon moleculen tegenover 10 miljoen zuurstof (O2) moleculen.
De concentratie van de ozonlaag wordt verlaagd door bepaalde drijfgassen, met name CFK’s (chloorfluorkoolstofverbindingen). Je vindt /vond ze onder andere in spuitbussen en oudere types koelkasten. Deze gassen komen in de ozonlaag terecht, desintegreren daar onder invloed van uv-straling en de ontstane chloorradicalen breken de ozonmoleculen af tot chloormonoxideradicalen en moleculair zuurstof.
Dit leidt tot een verdunning van de Ozonlaag, waardoor de beschermende werking ervan afneemt. Boven de zuidpool is het effect groter, door de koudere temperaturen in de plaatselijke atmosfeer. Daar spreekt men van het “Gat in de Ozonlaag”.