El Niño en La Niña zijn complementaire zeestromingen in de Stille Oceaan.
- El Niño (“de jongen” in het Spaans) treedt op als de temperatuur van het water 0,5°C hoger is dan het langjarige gemiddelde;
- La Niña (“het meisje”) is het omgekeerde en treedt op wanneer het water 3 tot 5 °C afkoelt.
Deze effecten komen om de vijf à zeven jaar voor en duren vaak één tot anderhalf jaar. Ze doen de algemene temperatuur in de atmosfeer met zo’n 0,2°C stijgen of dalen. En dat heeft dan weer invloed op het weer. Tijdens de periode van El Niño wordt het bij ons frisser en natter, maar in andere streken is dat net andersom.
Effect van El Niño op temperatuur en neerslag
Het bestaan van deze afwisselende stromingen en hun effect op het weer is al bekend sinds 1968.
Doordat de aarde om haar as draait ontstaan de zogenaamde Coriolis krachten. In de Stille Oceaan veroorzaakt dit stromingen. In het noordelijke halfrond bewegen deze stromingen naar het oosten en in het zuidelijke halfrond westwaarts. Deze stromingen haken in elkaar haken waardoor ze de ene periode elkaar versterken en de andere periode zwakken ze elkaar af.
El Niño en La Niña stromingen in de Stille Oceaan
Pas recent werd een analogie vastgesteld tussen het gedrag van water- en luchtstromingen in de oceaan en elektronen in een supergeleider. Kleine golven in water en lucht grijpen op elkaar in en doen de daardoor ontstane stromingen van patroon veranderen. Aan de hand van modellen uit de kwantummechanica kunnen El Niño en La Niña nu dus ook in stramienen worden vastgelegd.
Aan de hand daarvan kunnen weer en klimaat worden voorspeld.